
Ooit, heel lang geleden, ontving een stervende man tijdens zijn laatste communie een hostie en braakte die in de Kalverstraat weer uit. Zijn braaksel werd met hostie en al in het vuur gegooid, bleek de volgende dag toch niet verbrand te zijn, werd naar de pastoor gebracht en dook een dag later weer op in de Kalverstraat. Nadat dit ritueel zich twee keer herhaald had, mocht er officieel van een wonder gesproken worden: het Mirakel van Amsterdam.
Wat niemand toen had kunnen bevroeden, was dat een dergelijk ritueel zich 665 jaar later zou herhalen.