Op 18 augustus schreef Thomas Schlijper voor het eerst op Amsterdam Centraal over de iepen in de Spaarndammerstraat die dreigden omgekapt te worden: "Kan iemand deze man onmiddellijk stoppen voordat de Spaarndammerstraat voor de komende decennia verkloot wordt?" Deze man was Evert Bartlema, die als PvdA-bestuurder in stadsdeel Westerpark verantwoordelijk was voor het kapbesluit. Een dag later was Bartlema zo sportief op de site te reageren en uit te leggen waarom hij vond dat de iepen moesten verdwijnen. Mooi, precies waarvoor Amsterdam Centraal bedoeld is. Discussie tussen burgers en politici over zaken die bewoners van Amsterdam bezighouden.
Helaas. Niets. En ook na een tweede artikel, met daarin een specifieke oproep aan Bartlema toch vooral te reageren, bleef het stil. Inmiddels zijn de iepen gekapt en zijn de ruim elfhonderd buurtbewoners (op achtduizend in totaal) die daartegen hadden geprotesteerd met een bittere nasmaak blijven zitten. Het is ze niet alleen niet gelukt hun doel te bereiken, het is ze ook niet gelukt gehoor te vinden bij de politici die zij zelf gekozen hebben als vertegenwoordigers. Dat Bartlema niet de moeite nam de hier gestartte discussie voort te zetten, lijkt zo niet alleen een demonstratie van gebrek aan argumenten, maar ook van een gebrek aan gevoel voor betrokkenheid bij betrokken burgers.
Zonde!
Dat deze politicus zo halstarrig is, is belachelijk. Je zou naast een prostem ook een tegenstem moeten kunnen uitbrengen om dit soort lieden te weren. Bij meer dan 1000 tegenstemmen mag je dan geen zitting meer nemen in de raad, noch wethouder worden. Goed idee?