Op 3 maart kiezen we een nieuwe gemeenteraad en nieuwe deelraden. Het lijken spannende verkiezingen te worden, dus de opkomst zou wel eens mee kunnen vallen. Toch staat wel bijna vast dat tientallen procenten van de kiesgerechtigden geen gebruik zullen maken van hun stemrecht.
En dat terwijl het wel degelijk verschil maakt wie er gaat stemmen. Zo dankt Barack Obama zijn verkiezing voor een belangrijk deel aan het feit dat hij jongeren naar de stembus wist te lokken. Ook Nederlandse partijen verwachten steeds meer van opkomstbevordering. Het CDA heeft zelfs een geheime database aangemaakt om in kaart te brengen in welke wijken potentiële CDA-stemmers wonen.
Er staat echter meer op het spel dan alleen partijpolitieke belangen. Als de opkomst laag is, dan is de oorzaak bijna altijd dat jongeren, laag opgeleiden en allochtonen thuisblijven. Dat betekent dat bestuurders minder geneigd zullen zijn om rekening te houden met de belangen van deze groepen. Uit Amerikaans onderzoek blijkt dan ook dat steden met een lage opkomst gemiddeld minder geld uitgeven aan sociale voorzieningen en meer geld aan andere zaken zoals groenonderhoud en het ophalen van vuilnis.
Er valt wel wat te doen aan een lage opkomst bij lokale verkiezingen. De makkelijkste manier is om de verkiezing te houden op dezelfde dag als de Tweede Kamerverkiezing. In 2006 was de opkomst bij de bij de Tweede Kamerverkiezing 80% en bij de gemeenteraadsverkiezingen 58%. In Zweden, waar de verkiezingen gelijktijdig plaatsvinden, was de opkomst voor de Riksdag 82% en bij de lokale verkiezingen 79%.
Daarnaast kunnen gemeente, maatschappelijke organisaties en politieke partijen proberen om kiezers te mobiliseren. Onderzoekers Donald Green en Alan Gerber beschrijven in hun boek Get Out the Vote welke aanpak effectief is. Mensen opbellen, folders opsturen en ongerichte mediacampagnes halen weinig uit. Wat wel lijkt te werken, is jongeren kort voor de verkiezing een herinnering sturen per sms. En wat zeker werkt, is mensen persoonlijk aanspreken om ze over te halen om te gaan stemmen. Daarbij kunnen vrijwilligersorganisaties een nuttige rol spelen.
Navraag (pdf) bij een aantal gemeenten en stadsdelen leert dat ze helaas maar weinig gebruik maken van beschikbare informatie over wat werkt en wat niet. Veel geld wordt gestoken in activiteiten waarvan op voorhand kan worden voorspeld dat ze nauwelijks effect zullen hebben. De belangrijkste uitzondering hierop is Zaanstad, waar men alles zet op een persoonlijke benadering van de potentiële kiezer. In Amsterdam zien de plannen van Nieuw-West er veelbelovend uit.
Stadsdelen kunnen hun plannen nu niet meer radicaal omgooien. Wat ze wel nog kunnen doen, is kleine stickertjes laten drukken om uit te delen aan mensen die hun stem hebben uitgebracht. In Amerika zijn dit soort 'I voted'-stickertjes heel gewoon. Ze lokken gesprekken uit en kiezers gaan er trots mee op de foto. Dit soort stickertjes kosten bijna niets en er is eigenlijk geen enkele goede reden om ze hier niet over te nemen.
zes reacties op "Geef de kiezer een stickertje"
Waar komen trouwens die cheerleaders vandaan???
Waar het aan schort is het geven van duidelijkheid vooraf: 'dit wil ik (proberen te bereiken), hier mag me u op afrekenen'.
Potentiele kiezers overhalen met een stickertje. Communicatiemedewerker aan het woord?
Ho wacht eens!