Als de Titaantjes nog eens voor zonsopgang naar het IJmeer zouden lopen, zouden ze lelijk schrikken. Misschien dat de gouden pijltjes van Bavink en Bekker nog ergens schitteren, maar dan waarschijnlijk in de ramen van de nieuwbouwwijk IJburg. En op de plek waar ze met de oogen half dicht op de steenen zaten ligt tegenwoordig een stalen brug: de Nesciobrug.
Het is verleidelijk om te geloven dat de naam van de brug is bedoeld als boosaardig natrappen aan het adres van de actievoerders. Maar volgens de officiële lezing is de brug naar Nescio vernoemd omdat hij 'de Diemerzeedijk een plaats gaf in het collectieve literaire geheugen'. Het is dan ook waarschijnlijker dat de naamgeving berust op naïeve dommigheid.
Bestuurders hebben er sowieso een handje van om ongelukkige namen te kiezen voor wegen, pleinen en bruggen in nieuwbouwgebieden. In talloze nieuwe wijken zijn de straten vernoemd naar vogelsoorten die - letterlijk - het veld hebben moeten ruimen: Torenvalkweg, Tureluurweg, Gruttoweg... [Het meest krasse voorbeeld hiervan is te vinden in een nieuwbouwwijk bij Oegstgeest, waar aan de Jac. P. Thijsselaan (!) over de volle breedte van een schoolgebouw de woorden 'Vlucht van de vogel' zijn aangebracht.]
Hoe het ook zij, als je het mij vraagt is die Nesciobrug een twijfelachtig eerbetoon aan de schrijver. En ook voor de rest komt hij er eigenlijk maar bekaaid af. In zijn geboortehuis, Reguliersbreestraat 49, zijn tegenwoordig een sigarenboer en een patatkraam gevestigd. Er is niets, niet eens een koperen plaatje, dat eraan herinnert dat hier een van de belangrijkste Nederlandse (Amsterdamse!) schrijvers geboren is.
In Amsterdam hebben we beelden van Multatuli, Heijermans, Theo Thijssen, Vondel en Van Schendel. Ook Nescio wordt met een beeld geëerd, maar misschien is het tekenend voor Grönloh dat niet hijzelf, maar zijn karakters in brons vereeuwigd zijn. In het Oosterpark staat sinds 1971 het beeld De Titaantjes door Hans Bayens. Het is heus een aardig beeld, maar telkens wanneer ik het bekijk vraag ik me af of Bayens Titaantjes ooit gelezen heeft. In plaats van vijf bevlogen gasten van rond de twintig, die nachtenlang tegen het hek of op de stoeprand rondhangen, doet het beeld denken aan drie heertjes van middelbare leeftijd, die op een bankje zitten te mijmeren. Je kunt het ze bijna horen zeggen: 'Jongens waren we'.
Het graf op de Nieuwe Oosterbegraafplaats, waar Grönloh met zijn vrouw en zijn oudste dochter begraven ligt, zou je zomaar voorbijlopen. Het is overwoekerd door vrouwenmantel en maagdenpalm, waaruit een eenzame roos omhoog steekt. De zerk is sterk verweerd en hier en daar amper leesbaar.
Het belang van Nescio's werk is pas na zijn dood erkend. In zijn dagboekaantekeningen relativeerde Grönloh: 'Iets heb ik uit mijn chaos gered: 200 kleine bladzijden.' Toch was een zekere trots hem niet vreemd. Toen hij in de jaren '40 de tweede druk van Mene Tekel in de ramsj zag liggen, riep hij quasi-verbaasd: 'Zeg, ze verkopen bij De Slegte nog literatuur óók!' Later schijnt hij met een stapeltje in de ramsj gekochte exemplaren bij een van de redacteuren te zijn langsgegaan: 'Je begrijpt zeker wel hoe ik over je denk.'
Een standbeeld van Nescio zou nogal potsierlijk aandoen. Het zou niet passen bij de aard van Grönloh of van zijn werk. Maar zou het niet mooi zijn wanneer de gemeente een bescheiden gedenkplaatje op zijn geboortehuis aan zou brengen? Of wanneer de stad bijvoorbeeld iets zou doen aan het onderhoud van zijn graf? En wat de Nesciobrug betreft: misschien is het aardig om in de leuning twee bronzen voetstappen aan te brengen, om aan te duiden waar de 'verantwoordelijke autoriteiten' van de brug mogen stappen. Als 't kan boven een vrachtschip vol oud ijzer.
Lezen: Is u Amsterdammer? Ja, Goddank, Een literaire wandeling door het Amsterdam van Nescio, Maurits Verhoeff, Amsterdam 1997, Uitgeverij Bas Lubberhuizen, ISBN 90-73978-93-9, € 9,95
Foto Nesciobrug (fragment) door S. Sepp
24 reacties op "Een stad eert haar schrijvers..."
Wat is er nou eigenlijk mis mee als iemand vind dat een bekende of voor mijn part minder bekende Nederlander (Amsterdammer) op een verkeerde of misschien wel beschamende manier word herdacht? Marco is heel duidelijk met zijn betoog. Jij speelt het gewoon op de man, en draagt niks bij over het item (topic) Nescio.
Nescio kennen we allemaal, wie in zijn tijd de stad al dan niet goed bestuurde(n)? Geen idee.......
Je haalt me de woorden uit de mond. Marco eert zeer terecht Nescio, maar het lijkt mij ook zeer terecht om hem te eren met een brug op - inderdaad - één van de plekken die hij onbeschrijfelijk goed beschreven heeft. JUIST omdat die plek er nu zo anders uitziet.
Als de gemeente had besloten het graf netjes schoon te maken had Marco hier waarschijnlijk als eerste gestaan om te schrijven dat zo'n gelikt graf niets voor Nescio was: juist het verweerde overwoekerde graf zou de schrijver recht doen. En dan zou hij nog gelijk hebben ook...
Terug naar Amsterdam: die brug is inderdaad foeilelijk. Dat je op die plek een Nesciobrug plaatst, lijkt me op zich oke: maar zet dan tenminste iets moois neer.
Overwoekerde graven, het ontbreken van een fatsoenlijk naamplaatje: het komt in alle Nederlandse gemeenten voor en Amsterdam is dus helaas geen uitzondering.
Kennelijk werkt het ambtelijk apparaat zo. Mensen met gevoel voor kunst of een mooi landschap willen er vermoedelijk niets mee te maken hebben. En die schaarse idealist die de bureaucratie op dit punt te lijf wil, komt binnen de kortste keren terecht in een verstikkend web van commissies en vergaderingen. Ze komen overspannen in de bijstand terecht of gaan na verloop van tijd zelf in een grijs polyester pak van Superconfex naar kantoor.
De enige manier om die laatste groep wakker te krijgen, is door ze regelmatig een ferme trap tegen de ambtelijke billen te verkopen. Daarmee pest je deze mensen niet, je bewijst ze een dienst.
Het alternatief is straatnummering en dan kan je wel makkelijker een straat vinden maar leuk?
Groet; Yanny
Misschien in uw dimensie..
Het waren er aardig wat meer.
Afsluiten maar.
Het beeldhouwwerk in het Oosterpark waar jij het over hebt is een stenen zitbank waar ik als 16 jarig meisje menig boek heb verslonden terwijl ik op een jonger zusje paste en onze herdershond. (wij hadden nogal weinig ruimte met 4 kinderen en een hond op een 3 kamerwoning in de 3-de Oosterparkstraat)
Ik snap jouw drukte helemaal niet.
Iedereen die die op dat bankje gaat zitten vraagt zich af wie de schrijver van de 'Titiaantjes' is lijkt mij!
En als ze dat niet doen, wat dan nog?!
Wat te denken van de 'latere' schrijvers zoals Willem Frederik Hermans offe..,meer van deze tijd, Adri van der Heyden ??
Ik mis dus nog wat 'bankjes' hoor!
Maar iedereen zou 'Titiaantjes' van Nescio eens moeten lezen want het geeft een mooi beeld van de normen en waarden van toen mannen aan het emanciperen waren.
En dat heeft Nescio in een enkel boek opgeschreven, en dat is knap! Yesss! Yanny