Maar gisteren ontdekte ik dat er ook echt mensen in Noord leven.
In die voorstelling portretteerden de jonge acteurs hun Grote Frustratie. Die frustratie was niet dat zij in het saaie en half-criminele Noord woonden – nee, die frustratie was de publieke opinie van het saaie en half-criminele Noord. Ze gaven smoel en expressie aan het gevoel dat heel Amsterdam iets heel anders van Noord verwacht had dan het geworden is, maar dat bijgevolg heel Amsterdam, en de rest van Nederland, de gewone grote en kleine dromen, de gewone gezichten en de gewone levens en liefdes van de inwoners van Noord zelf, niet meer ziet. Ze lieten zien hoe het is om te leven in een plek die eigenlijk ontzettend leuk is, maar die door iedereen wordt gezien als De Grote Teleurstelling.
Het indringendste moment voor mij kwam echter na de voorstelling. Ik praatte wat na met de acteurs, en enkelen zeiden tegen me: "Je gezicht komt me bekend voor…waar ken ik je van?". Ik kon geen enkele andere verklaring bedenken dan dat zij me herkenden als inwoner van Noord – misschien van het jarenlang fietsen naar de Dirk, van het jarenlang in de bus zitten, van het zaterdagmiddag gaan lunchen bij de V&D op het Buikslotermeerplein. Ik realiseerde me ineens: terwijl ik al die jaren al mijn medeNoorderlingen had gezien als anonieme, vergeetbare gezichten, hebben zij mijn gezicht ergens in hun onbewuste opgeslagen, hadden zij mij ingeschat als medeNoorderling en hadden ze me de moeite van het vagelijk onthouden waard gevonden.
De warme hartelijkheid en spontaniteit van een dergelijk gebaar trof me bijna net zozeer als mijn eigen, ineens pijnlijk zichtbare, achteloosheid jegens mijn eigen stadsdeel. Deze jongeren lieten me het échte gezicht van Noord zien: jong, enthousiast, spontaan, hartelijk en dromerig.
Het spijt me dat ik dat gezicht niet eerder gezien heb.
n ietsjes minder scherpe titel en ik had t genegeerd: Wat wil je weten over Noord?