Na lang getouwtrek is onlangs bepaald dat de werkweek voor brandweermensen moet worden teruggeschroefd van 54 naar 48 uur. Zodoende is bij de Amsterdamse brandweer een personeelstekort ontstaan. Er zijn 84 nieuwe brandwachten nodig. Naar het schijnt duurt het twee jaar om die te rekruteren en op te leiden. Daarom heeft de brandweer besloten om in de dienstverlening te snoeien. En wanneer er in dienstverlening moet worden gesnoeid, valt vroeg of laat het woord 'Zuidoost'. Twee weken geleden besloot burgemeester Cohen om brandweerkazerne Rudolf aan het Remmerdenplein per 1 april te sluiten. Nu kan het zijn dat het om een goed georkestreerde aprilgrap gaat, maar ik vrees dat hij het meent.
Wanneer de kazerne gesloten wordt, zijn de bewoners van Gaasperdam aangewezen op de brandweerkazerne aan de Flierbosdreef, tweeënhalve kilometer verderop. Volgens de brandweer betekent dit dat de 'aanrijtijd' in Gaasperdam zo'n 'twee à drie minuten langer' wordt. Gemakshalve vergeet de brandweer echter te vermelden dat de kazerne aan de Flierbosdreef binnenkort wordt verhuisd naar de Daalwijkdreef, op de grens met Diemen. Dat is nog eens twee kilometer verder. Volgens de norm die de brandweer hanteert mag de aanrijtijd maximaal acht minuten bedragen. Maar in een groot deel van Gaasperdam wordt dat straks een minuut of twaalf.
Mag de brandweer dat zomaar doen? Schijnbaar wel. De kazerne aan het Remmerdenplein, zo luidt de officiële redenering, ligt in een nieuwbouwwijk, waar de brandpreventie over het algemeen goed is. Dus als in Reigersbos, Holendrecht of Gein de boel in de hens vliegt, is het niet erg dat de brandweer pas na twaalf minuten ter plaatse is.
Natuurlijk begrijpt de brandweer ook wel dat de bewoners een beetje onrustig worden van dat idee. Dus is afgelopen week in Gaasperdam huis aan huis een brief verspreid, waarin brandweercommandant Caroline van der Wiel ons aanspoort om zelf een handje te helpen. Op vertoon van de brief mogen we bij de brandweerkazerne een rookmelder ophalen.
Het sluiten van de kazerne 'kan betekenen dat het twee à drie minuten langer duurt voordat de brandweer ter plaatse is', aldus mevrouw Van der Wiel. 'Het is daarom van belang dat u zo snel mogelijk een brand ontdekt. Een rookmelder helpt daarbij. (...) Doordat de rookmelder u waarschuwt, wint u kostbare tijd om uzelf in veiligheid te brengen en de brandweer te alarmeren.'
Het is om je gek te lachen. Mocht mijn huis straks in de fik staan, dan heb ik dus voldoende tijd om de brandweer te bellen en vervolgens twaalf minuten machteloos toe te zien hoe have en goed aan de vlammen ten prooi vallen. Dat is een hele troost.
Uiteraard ga ik hem wel ophalen, die rookmelder. Per slot van rekening ben ik niet levensmoe. Bovendien doen rookmelders het altijd leuk op feestjes. Het is aardig om aan je vrienden te demonstreren hoe zo'n apparaat begint te piepen als je een mooie Hajenius opsteekt.
Maar laten we eerlijk zijn: zo'n rookmelder is natuurlijk een zoethoudertje. En ik wil geen zoethoudertje. Als mijn huis in brand staat, dan wil ik stoere brandweermannen (en -vrouwen) in de straat. Ik wil ladderwagens, brandslangen, waterkanonnen, zwaailichten en sirenes. Veel sirenes. Ik wil, zoals dat zo mooi heet, 'groot materieel'.
En dan wel een beetje rap, capisce?
UPDATE, 30/3: inmiddels heeft de burgemeester besloten dat de kazerne aan de Flierbosdreef open blijft. Dat betekent dat de aanrijtijd vermoedelijk binnen de marge van acht minuten blijft.
Mag de brandweer dat zomaar doen? Schijnbaar wel. De kazerne aan het Remmerdenplein, zo luidt de officiële redenering, ligt in een nieuwbouwwijk, waar de brandpreventie over het algemeen goed is. Dus als in Reigersbos, Holendrecht of Gein de boel in de hens vliegt, is het niet erg dat de brandweer pas na twaalf minuten ter plaatse is.
Natuurlijk begrijpt de brandweer ook wel dat de bewoners een beetje onrustig worden van dat idee. Dus is afgelopen week in Gaasperdam huis aan huis een brief verspreid, waarin brandweercommandant Caroline van der Wiel ons aanspoort om zelf een handje te helpen. Op vertoon van de brief mogen we bij de brandweerkazerne een rookmelder ophalen.
Het sluiten van de kazerne 'kan betekenen dat het twee à drie minuten langer duurt voordat de brandweer ter plaatse is', aldus mevrouw Van der Wiel. 'Het is daarom van belang dat u zo snel mogelijk een brand ontdekt. Een rookmelder helpt daarbij. (...) Doordat de rookmelder u waarschuwt, wint u kostbare tijd om uzelf in veiligheid te brengen en de brandweer te alarmeren.'
Het is om je gek te lachen. Mocht mijn huis straks in de fik staan, dan heb ik dus voldoende tijd om de brandweer te bellen en vervolgens twaalf minuten machteloos toe te zien hoe have en goed aan de vlammen ten prooi vallen. Dat is een hele troost.
Uiteraard ga ik hem wel ophalen, die rookmelder. Per slot van rekening ben ik niet levensmoe. Bovendien doen rookmelders het altijd leuk op feestjes. Het is aardig om aan je vrienden te demonstreren hoe zo'n apparaat begint te piepen als je een mooie Hajenius opsteekt.
Maar laten we eerlijk zijn: zo'n rookmelder is natuurlijk een zoethoudertje. En ik wil geen zoethoudertje. Als mijn huis in brand staat, dan wil ik stoere brandweermannen (en -vrouwen) in de straat. Ik wil ladderwagens, brandslangen, waterkanonnen, zwaailichten en sirenes. Veel sirenes. Ik wil, zoals dat zo mooi heet, 'groot materieel'.
En dan wel een beetje rap, capisce?
UPDATE, 30/3: inmiddels heeft de burgemeester besloten dat de kazerne aan de Flierbosdreef open blijft. Dat betekent dat de aanrijtijd vermoedelijk binnen de marge van acht minuten blijft.
AT5 Nieuws
RTV Noord-Holland
Politie Amsterdam
Amsterdam.nl
RTV Amstelveen
Parool Nieuws Amsterdam
tien reacties op "Waar rook is..."
NB beide beslissingen zijn in stand gebleven. Ik mag hopen dat na het oplossen van de personeelsproblemen de garage in Gaasperdam weer volledig gebruikt gaat worden.....
Aan de andere kant, ik heb laatst in een trainingsfilmpje gezien hoe een klein brandje in een voetbalstadion binnen vier minuten uitmondde in een dodelijke vlammenzee. In zo'n geval voldoet geen enkele aanrijtijd...
Ik kan me voorstellen dat Cohen met het mes op de keel ervoor kiest juist deze kazerne te sluiten omdat de risico's van het sluiten in een gebied met oudbouw significant hoger zijn. Maar ik deel Marco's ongenoegen, evenals zijn notie dat een rookmelder niet meer is dan een zoethouder.
De gemeente moet er in de komende twee jaar alles aan moeten doen om de toegenomen risico's in die wijken te minimaliseren. Bijvoorbeeld door de brandweer extra huisbezoeken af te leggen, om advies te geven over brandveiligheid. Bijvoorbeeld door blusdekens, poederblussers en ander reddingsmateriaal in grote aantallen tegen kostprijs te koop aan te bieden aan de bewoners. Bijvoorbeeld door brandweerlieden juist in die buurten extra vaak laten trainen, zodat de kans dat ze toevallig in de buurt bij een melding zijn groter is en ook de kans dat ze er op het moment supreme verdwalen wordt verkleind. Bijvoorbeeld door de politie (vaak als eerste in de buurt) te voorzien van extra brandbestrijdingsmaterialen. Een tweede brandblusser en een extra blusdeken passen best in die surveillanceauto's.
Dat kost allemaal geld. Gezien de gemeentekas noopt dat op een gegeven moment tot het maken van vervelende keuzes. Maar het moet wel.
Rookmelders een zoethoudertje? Maar dan wel een goeie. Notabeidebene begin je namelijk zélf over het belang van preventie en verspreiding van reddingsmiddelen. Die rookmelders zijn daarbij een stuk belangrijker dan jij wellicht inschat!
En voor wat betreft de politie: Na de brand in Het Hemeltje zijn er stringente protocollen opgesteld met betrekking tot het optreden bij grootschalige incidenten en rampen. Eén van de belangrijkste punten: laat de politie zich vooral niet met brandjes bemoeien. Ze missen de kennis, ze missen de spullen (brandwerende kleding, persluchtapparatuur) en ze zijn elders nuttiger (afzettingen, ontruimingen). Daarnaast durf ik er een vinger om te verwedden dat de brandweer vrijwel altijd eerder ter plaatse is en ook meteen effectiever kan optreden omdat ze die kennis en middelen wél aan boord hebben.
En nog even een experimentje: mocht je ooit een politieauto met polities er in zien rondrijden, nodig ze dan eens uit de kofferbak open te doen om te kijken of daar nog een blussertje bij past....
Dat lijkt me dan wel weer terecht...