Groot, groter, grootst!

door: Jeff Pinkster 09 November 2006

Oud Zuid - In Oud Zuid worden de plannen voor een nieuw stadsdeelkantoor steeds concreter (pdf), uit oogpunt van ‘efficiëntie’ geniet de Hobbemakade de voorkeur. Ter hoogte van het Shell-tankstation, waar ook roeivereniging De Amstel zetelt, moet een nieuw stadsdeelkantoor komen. Niet heel vreemd, het ligt namelijk op een geringe afstand van de Apollohal. Kunt u het zich nog herinneren? Daar wilde het stadsdeel aanvankelijk neerstrijken met een mooi stadsdeelkantoor. Nu moet een tankstation op de nieuwe locatie wijken voor een klein wolkenkrabbertje. Hoe krijg je immers anders al die medewerkers in een gebouw met de omtrek van een klein benzinestation? En dat terwijl we al te maken hebben met zoveel leegstand in de stad. Laten we de discussie over de deelraden daarom nóg wat langer brandende houden.

Naast de locatie op de Hobbemakade is ook het Havenstraatterrein een optie voor stadsdeel Oud Zuid. Goed bereikbaar, maar ligt wat ver voor bewoners van De Pijp. Daarom zou hier aan een tweede bur-ger-ser-vice-point gedacht moeten worden, aldus het stadsdeel. Het moge duidelijk zijn waar Oud Zuid voor zal kiezen, het overleg met de roeivereniging is al gestart. En bovendien eist het stadsdeel dat het nieuwe gebouw herkenbaar en representatief moet zijn, daarmee valt het Havenstraatterrein als tweede optie eigenlijk al af.

Mochten deze plannen worden doorgezet dan komt er een einde aan een lange discussie, die startte in het najaar van 1998, toen duidelijk werd dat stadsdelen Zuid en de Pijp zouden gaan fuseren. Sindsdien worden steevast dezelfde argumenten aangevoerd: Het pendelen tussen de Koninginneweg en de Karel du Jardinstraat kost veel geld en wordt ervaren als hinderlijk. De gehele organisatie moet daarom in één gebouw worden gehuisvest, dat is efficiënter, in betere overeenstemming met ARBO-wetgeving en het levert op termijn aanzienlijke kostenbesparingen op, zo stelt stadsdeel Oud Zuid.

Kortom: het stadsdeel ergert zich gewoon aan het handhaven van twee kantoren, niets meer en niets minder. Dat het heen en weer reizen hinderlijk is, is natuurlijk een kulargument. Om het iets inzichtelijker te maken: de afstand tussen beide vestigingen is om en nabij de drie kilometer. Zelf heb ik dagelijks te maken met dergelijke reisafstanden tussen verschillende locaties van de UvA, niet heel plezierig maar het werkt. Kostentechnisch hoeft het helemaal geen probleem te zijn. Bovendien: voormalige stadsdelen Zuid en de Pijp opereren nu onder de vlag van Oud Zuid, qua dienstverlening functioneren ze toch nog hetzelfde. Bewoners kunnen er nog steeds een paspoort ophalen of het rijbewijs verlengen. Waarom dan toch bij elkaar? Tot slot stelt Oud Zuid dat een organisatie in één gebouw de burger straks nog beter kan bedienen. Dus op zichzelf is het stadsdeel al tevreden over het eigen functioneren? Waarom dan in godsnaam een nieuw kantoor?

Op mijn eindexamen Nederlands las ik enkele jaren geleden met veel plezier een artikel over de grootheidswaanzin van lokale bestuurders. Een bruikbare term lijkt me zo, volledig toepasbaar op stadsdeel Oud Zuid. Hoeveel mensen moeten er wel niet werken op de Koninginneweg (een oud ziekenhuis notabene) en de Karel du Jardinstraat wil het stadsdeel uit haar voegen groeien? En vergeet niet, bijna alle veertien stadsdelen hebben plannen om naar een groter gebouw te verkassen. Kortom: grootheidswaanzin. Of begrijp ik echt iets verkeerd? Stadsdeelvoorzitter de Vries, kunt u het mij uitleggen?