Glurende journalisten
Willem Holleeder zou achter een dubbele muur twee lijken hebben verborgen. Dat meldt misdaadjournalist John van den Heuvel gisteravond in Bureau Misdaad. Direct na de uitzending start de politie een zoektocht. Aangezien ik er toch vlakbij woon en de hond nog uitgelaten moet worden spoed ik me naar de Minervalaan.
Wat mensen van verschillende omroepen, een enkele fotograaf en de Amsterdamse reporter Frank Buis staan bij elkaar. Veel ramptoeristen zoals ik lopen er dan nog niet rond. De garagedeur gaat af en toe open. Een verslaggever van AT5 tuurt wat ongemakkelijk naar binnen. Er is weinig te zien, tot een ventilatierooster op de hoek van de straat wordt ontdekt. "Stil, stil! Je hoort mensen hakken!" Een fotograaf duwt zijn camera tegen het stenen rooster. Er blijkt nog een rooster te zijn. Ik tuur en zie, kennelijk, wat agenten met stenen lopen en hoor duidelijke hakgeluiden. Afijn, u hebt de beelden vast gezien en misschien ook mijn achterwerk.
De roosters worden van binnenuit afgeplakt, de pret is voorbij. Mijn zus heeft de aandacht van een of andere jongen uit Haarlem, ze is niet meer aanspreekbaar. Een buurtbewoner heeft nog wel wat leuks te melden. "Volgens mij staan jullie bij de verkeerde garage." Enigszins verbaasd frons ik de wenkbrauwen. "De garage aan de overkant is namelijk van Endstra!" Ik antwoord dat er toch echt aan deze kant wordt gehakt. We zullen zien.
Even later vertrekt Officier van Justitie Teeven met een aantal rechercheurs. "De zoekactie van de politie naar twee lijken in een garagebox in Amsterdam heeft niets opgeleverd", meldt de website van de NOS later. Uiteindelijk hebben we allemaal voor niets op de knietjes gezeten, in de kou, met camera en microfoon gericht op een ventilatierooster. Misschien kan men beter aan de overkant gaan zoeken.
Ik heb net het bericht gelezen, maar ik sta daar niet echt raar van te kijken. Ik
kan mij nog als kind herinneren dat er een
meisje, haar naam was Johanna de Nichteren
denk ik en toen er een huis werd afgebroken in de Bilderdijk straat, toen kwam het lijkje te voorschijn. Het was voor mij erg om dat te horen, want ik was toen nog een kind. Ik dacht dat het in de veertige jaren gebeurd was maar ik weet het niet heel zeker van die tijd.
Het kan misschien wel waar zijn vooral ook
om dat die boef daar tegenover woont.
Ik hoop er nog eens meer over te lezen, en
ik hoop maar dat het niet waar is!.
Hartelijke groeten.