In de tijd dat de binnenstad van Amsterdam vorm kreeg, verplaatste het volk zich te voet terwijl de gegoede burgerij paard en wagen nam. De stad groeide door en puilt – anno 21ste eeuw – uit. Ergens in die groei deed de auto z'n intrede. En daar is Amsterdam niet op gebouwd, getuige de parkeerproblemen en opstoppingen. Ook van latere vinding, maar wel passend in het stadsbeeld, is de fiets. Neemt weinig ruimte in, stinkt niet, veroorzaakt geen ongelukken, kent geen wachtrijen voor parkeervergunning, kan zo ongeveer overal moeiteloos komen en gestald worden.
Toch, ik geef het toe: de Billy van Ikea past niet onder je snelbinders. Oma van negentig zit niet meer zo gemakkelijk op de bagagedrager en er zijn plekken in Nederland waar zelfs het openbaar vervoer niet komt. Dus zetten veel Amsterdammers een auto voor de deur. Voor 'die momenten'. En maken ze vooral zichzelf wijs dat zíj die auto echt nodig hebben.
Ik beken: ik kan heel soms ook niet zonder. Sinds kort heb ik daar wat opgevonden.
Mijn date is van blik.
Oma leeft nog.
En je bent op zoek
naar de perfecte man?