
Eerst ging mijn moeder, een paar maanden later mijn vader.
Ik heb er vrede mee, hun leven was op.
Ze liggen daar prettig, volgens mij. Althans, zo prettig als je liggen kan als je dood bent.
Ze hebben rustige buren en er is mooie begroeiing op hun parkachtige veldje.
Mijn ouders hielden altijd veel van tuinieren en daarom besloot ik ervoor te zorgen dat hun graf een gezellig tuintje was met wat leuke plantjes en veel bloemen.
Dat is toch wel het minste dat je kunt doen.
Dit plan zou ernstig worden gesaboteerd.
Ik merkte namelijk al snel dat er in de nachtelijke uren op de graven werd gedanst en geschranst.
Het was je reinste grafschennis.