Ben is een stapmaat. Ik schreef al dat ik geregeld het leven met hem bespreek onder het genot van een paar biertjes. Na zijn nachtelijke avontuur met de snorder had Ben besloten om voortaan de fiets te pakken van huis naar de Nieuwmarkt, en later weer terug.
Gisterenmiddag kwam Ben weer aanfietsen. Die grote man, op die duidelijk te kleine Gazelle, die hij een paar weken geleden had gekocht op Waterlooplein.
Ben is niet in Amsterdam opgegroeid. Zijn ‘roots’ liggen in Engeland. Maar, met fietsen in Amsterdam was hij snel ingeburgerd. Geen verlichting, geen handen uitsteken, geen enkel respect voor welke kleur verkeerslicht dan ook en luid schreeuwend naar toeristen die op straat lopen of het wagen over te steken.
Ben is inmiddels een rasechte Amsterdammer. Net als elke andere Amsterdammer zet hij zijn heilige stalen ros vast met een dikke ketting recht voor de deur van de kroeg. Je kent het wel. Zo’n ketting die duurder is dan het tweedehands barrel waarop Amsterdammers rijden. ‘Die fiets is van mij, en daar blijft iedereen vanaf’, moet hij hebben gedacht.
Ben was een kwartiertje later dan ik gewend was. Hij miste nooit de opening van De Vriendschap om vier uur. Het bruine café op de Nieuwmarkt waar nog nooit iemand is aangesproken op zijn inname. Hoe liederlijke dronken je ook bent, als je maar betaalt dan mag je gewoon weer je volgende rondje bestellen.
Ben was dus wat later. Toen hij namelijk thuis zijn fiets wilde pakken zag hij een Marokkaanse jongen aan zijn fietsslot rommelen met een kniptang. Ben, voor niemand bang, maakte aanstalten de jongen, in woord en daad, aan te spreken over zijn kwajongensgedrag, alweer met maar een gedachte: ‘die fiets is van mij, en daar blijft iedereen vanaf’. Daar had hij echt geen buurtvader of politie-agent bij nodig.
De jongen schrok van het dreigende postuur van Ben en de woeste blik op zijn gezocht en stamelde: ‘sorry meneer, uw fiets zit aan mijn fiets vast. Ik wil hem losmaken.’ Een snelle blik, en Ben moest toegeven dat hij de nacht ervoor zijn fiets had vastgemaakt aan de fiets van de jongen uit de buurt. Met het schaamrood op zijn wangen maakte Ben de fiets los… een beetje beteuterd. Na een kort excuus, en een welgemeende handdruk, ging Ben en op pad naar weer een volgend rondje in De Vriendschap....
Carmiggeltiaans bijna.
Schrijf zo dóór, trek je niks aan van Sjaan.