Na 100 jaar heeft de auto zijn langste tijd in steden gehad. De auto moet weg uit de oude binnenstad om meer ruimte te maken voor voetgangers en fietsers. Dat beleid is vier jaar geleden ingezet door VVD-wethouder Pieter Litjens. Een prima plan. Maar, wat gaan we straks met al die ruimte doen?
Om de auto terug te dringen uit de binnenstad gaan de parkeertarieven nog verder omhoog voor bezoekers. Volgens experts zal die maatregel wel 30 miljoen in de kassa van de Stopera brengen, maar niet tot minder verkeer leiden. Terwijl acht van de tien geparkeerde auto’s in de oude binnenstad van buurtbewoners of buurtondernemers zijn, merken zij niets van die hogere parkeertarieven.
Ondergronds
Intussen ‘investeert’ de gemeente vrolijk verder in parkeerplaatsen onder de grond voor vergunninghouders. Zo’n ondergrondse bewonersplek kost de gemeente elk jaar tot meer dan tienduizend euro. Dat is een stevige subsidie voor autobezit waar komende generaties de rekening voor blijven betalen. Zo krijgen bewoners en ondernemers wel de lusten van een eigen auto, maar delen zij niet eerlijk in de lasten. Moet hierover niet eens een goed gesprek over alternatieven worden gevoerd?
Stilstaand staal
Tienduizend minder geparkeerde auto’s op straat klinkt leuk. Maar wat zijn straks de spelregels voor het gebruik van de ruimte die vrijkomt? Wie het weet mag het zeggen? Meer ruimte voor fietsparkeren? Dan vervangen we het ene stilstaande staal door het andere stilstaande staal. Daar winnen we niks mee. Meer ruimte voor voetgangers? Graag. Maar, hoe dan? Het is ruimte van ons allemaal en daarmee eigenlijk van niemand. Wordt de oude binnenstad straks nog aantrekkelijker voor de overmobiele Amsterdammers en toeristen. Worden de Wallen de nieuwe hippe hotspot?
Bezoekers willen vertier en vermaak. Daar zit business in. Een beetje slimme overheid wikt en weegt. Die lege parkeerplekken leveren als terras natuurlijk veel precario en banen op. Willen we dat? Of dan toch maar liever die stille auto voor de deur?
Minder ontheffingen
Een autoluwe binnenstad vraagt om een samenhangende aanpak met een goed verkeersplan, spelregels voor de openbare ruimte, intelligente toegankelijkheid, een prijskaartje voor toegang en parkeren, ook voor bewoners en ondernemers, strikte handhaving en veel minder ontheffingen.
Verder moet er een plan komen voor slimme bevoorrading, goed openbaar vervoer, fietsroutes, voetgangersgebieden en taxivervoer voor wie de auto niet kan missen. Anders wordt de buurt steeds minder inclusief voor mensen die minder mobiel zijn. Dat wordt nog een stevig debat.
Helma Schenkeveld
Voormalig rayonmanager openbare ruimte Oostelijke Binnenstad