‘Dikke tieten.” De man op het bankje keek me aan alsof hij me gedag zei, en omdat ik een beetje doof ben (op rechts, hij zat links) zei ik al ‘hoi’ voor ik goed en wel besefte wat hij echt zei.
Aan de hand van deze informatie zou je kunnen denken dat ik zeer luchtig gekleed was van boven, maar dat viel reuze mee. Ik droeg een zwart T-shirt, met daarop in gotische witte letters – o, ironie, verlaat mij nimmer nie! – de bandnaam ‘Emptiness’. Nou is mijn beha zeker niet leeg, maar een handzame C-cup beschouw ik niet persé als dik. Waarschijnlijk was hij niet veel gewend, en had de vrouw van de man in kwestie verlepte theezakjes hangen. Als hij sowieso nog een vrouw had; ik betwijfel het.
Arme hoofdredactie. Ik zou al weken een stuk schrijven, en ik wilde het graag hebben over straatintimidatie. Maar het lukt maar niet. Het komt te dichtbij. De anekdote hierboven is leuk, je denkt: die man is duidelijk niet goed snik, laat ’t zitten. En dat is wat ik doe: ik laat het voor wat het is, en loop door. En dat is wat ik heel vaak doe: mond houden, doorlopen.
In Amsterdam is een verbod op straatintimidatie opgenomen in de APV. Vanaf deze zomer wordt er gewaarschuwd, vanaf 2018 gaat er ook beboet worden. Eventuele rechtszaken hiertegen worden gezien als testcases, in 2019 wordt alles geëvalueerd. Ondertussen is de gemeente een campagne begonnen, en wordt er ook voorlichting op scholen gegeven. Cijfers kun je daar lezen, hier wil ik jullie even laten meegenieten van wat ik zoal de laatste tijd mocht aanhoren, op straat, in publieke gelegenheden, zelfs op mijn werk…. De meeste opmerkingen vond ik erg onprettig, zelfs als het sort of positief bedoeld was. Ik begrijp niet waarom mensen hun mond niet kunnen houden, waarom ze denken dat ze alles maar moeten kunnen zeggen. Ik heb het idee dat het de laatste jaren erger is geworden. En om het even te benoemen: deze opmerkingen krijg ik van alle kleuren, rangen, standen, leeftijd, aantrekkelijkheid, gezindtes, seksuele voorkeuren, identiteiten, afkomsten.
In willekeurige volgorde:
Mooie benen!
Lekker wijf.
Lekker lijf.
Mooi wijf.
Kijk dan, achter je, mooie vrouw! Man, die is veel te oud! Nou en, die kunnen toch ook mooi zijn?
Hee Bob (Rob, Peter, Klaas, Willem etc), niks voor jou?
Zelfs met een zak over d’r kop hang ik ‘m er nog niet in.
Hee kijk daar nou Hollands glorie!
Vet haar…
Te oud man. Ja maar wel damn sexy.
Heb je zin in m’n frikanDEL? (de laatste lettergreep in mijn gezicht geschreeuwd)
Hoerrr!
Heeeeeeeej hallooooooooooooo schatje!
Hee schatje ik duik er zo nog even in kom je naast me liggen? (geroepen door een man in witte badjas die op een balkon stond te roken…. ’s Ochtends om freaking half 6).
[In mijn oor gesist:] Je ziet er niet uit!
WOW!
Ze is vies man ik zeg je! (straattaalskills van het neefje van mijn buren).
Hee kijk, daar loopt Betty Boop.
Wat ben je lelijk, wat ben je lelijk (collega die een liedje zingt).
Halloooo! (als ik niets terugzeg: Lelijk kutwijf met je zure kop).
Hee babe!
Ouwe hoer!
Wat was dat!? (twee winkeldames terwijl ik de deur uitliep)
Wow, kijk dan, die heeft sexappeal.
Hee kijk, een neukerdje! (donker, stil op straat, drie mannen die me aanstaren)
Kijk, wat een leukerdje! (twee mannen in pak).
Een man in de metro die naar me stond te staren, en daarna me probeerde te bepiemelen.
Een andere man in de metro die me strak aankeek, toen ik terugkeek zette hij zijn spiegelende zonnebril op, bleef kijken, en liet me er niet door toen ik er uit wilde.
En weer een ander die zijn benen steeds wijder deed, en met zijn been tegen het mijne bewoog.
Ze lijkt soms net op een mongool (hard gelach van aantal collegae).
Heks!
Wat een ouwe kop!
Hee babe! Wooowie, je ziet er goed uit!
Sexy, zag je dat? Wie? Die vrouw met die zwarte broek. O niks gezien (twee meiden).
YES, ze komt hier zitten! Ze is wel mooi he. (en verder hardop besproken door twee vrouwen in de metro, maar ik heb mijn muziek maar harder gezet en ze boos aangekeken toen ze uitstapten).
Hey you! Do you want my baby? (vanuit een langzaam rijdende auto vol mannen)
O sorry! (met doordringende blik, een man die al een tijdje naar me stond te kijken in een club en toen opeens keihard tegen me opliep).
Proest! moet je die broek zien! (andere vrouw:) Nou, staat haar best goed!
(twee monteurs op mijn werk) Lekkere wijven hier. En dat voor een bieb! (ze lachten er niet bij).
Nog een laatste anekdote dan, vers van de pers, vanochtend op mijn werk. Ik werk in een gerenommeerde bibliotheek in Den Haag, in een gebouw met andere instellingen, het loopt allemaal wat in elkaar over. In de foyer van de buren, waar ik langsliep in mijn pauze, zaten twee -naar mijn idee- hoogopgeleide, nette dames, ik zag ze naar me kijken. Toen ik weer langskwam op de terugweg, hoorde ik ze over me praten:
”Kijk, daar heb je d’r weer”.
“Wie?”
“Die met dat hardrockshirt.”
“Dat die hier werkt….”
Ik stel voor: houd voortaan gewoon je bek.
En google eerst even als je niet weet waar je het over hebt. Het was geen hardrockshirt.
vier reacties op "Vogelvrij"
Als ik zo de media eens bekijk van de afgelopen tijd, valt het me op dat er veelvuldig, ook door politici, naar moslims, buitenlanders, allochtonen, mensen van kleur wordt verwezen. Zo zou je in sommige buurten als vrouw niet meer over straat kunnen. Ik vind dat heel erg vervelend, ook omdat mijn ervaring is dat ik in alle buurten, waar dan ook, door wie dan ook, wit, kleur, man, vrouw, jong, oud wel eens wordt nageroepen.
Af en toe kom ik door de Schilderswijk in Den Haag, waar veel moslims wonen. Één opmerking, van een groepje jonge jongens, was niet beledigend bedoeld. Word hier en daar wel nagekeken, maar verder nergens last van. Terwijl hier in de zg. nette Rivierenbuurt ik vooral van witte mensen rare opmerkingen krijg.
En net lees ik op Twitter - als reactie op een jonge vrouw die met haar nafluiters op de foto gaat op Instagram - dat je je bedekt moet kleden, dan zou je nergens last van hebben.
Die vlieger gaat ook niet op, ik houd er niet van om blotig gekleed te gaan, hooguit een gewoon Tshirt in de zomer, altijd lange broek etc. Maar zelfs in de winter, in dikke winterkleren gehuld, krijg ik commentaren.
Het gaat er dus om: hoe ga je met elkaar om, hoe respecteer je elkaars anderszijn/anderdenken/andersuiten. Daar schort het aan.
En inderdaad, ook op mijn werk. Grappig genoeg, gaan ze daar nu eindelijk eens met de managers in gesprek over gedragsnormen. De teamleiders dienen daar nu een voorbeeld te worden. Dat gaat nog een hele klus worden. Ondertussen ben ik inmiddels binnenkort mijn baan kwijt: mijn tijdelijke contract wordt niet verlengd. Eén van de pestende collega's krijgt nu verantwoordelijkheden erbij, en ik ben gewoon simpelweg weggetreiterd. Hallelujah wakker Nederland.
Wil je wel dit zeggen: Ik woon niet in de stad, heb er wel een stuk van mijn jeugd doorgebracht en tegenwoordig kom ik er weer vaak. Als jonge man en tegenwoordig als oudere man heb ik mijn ogen en oren wijd open - al besef ik dat het anders is om zelf een mikpunt te zijn - maar het is mijn indruk dat het er nu rauwer aan toe gaat dan ik in mijn jeugd gewend was. Mensen reageren op voorbeelden die ze om zich heen zien, dat is iets wat onze bestuurders en handhavers zich moeten realiseren. We moeten dus met z'n allen roepen om alle gedrag wat intimiderend is hard aan te pakken. Tolerantie is tot op zekere hoogte goed voor een soepel omgaan met elkaar, maar op één gebied is tolerantie uit den boze: als mensen geïntimideerd worden. Aangifte doen, zelfs als je er niet in gelooft en denkt dat alles op een stapeltje in een stoffige lade wordt gestopt. Als de lade uitpuilt en overloopt zal het toch effect hebben. En zet je gemeenteraadsleden onder druk, dat ze niet wegkijken.