Ik zeg tegen mijn zoontje van tweeënhalf: “Zie je daar die zwarte man naast Sinterklaas? Dat is een uiterst omstreden figuur. Dat is Zwarte Piet!”
Hier begint tegenwoordig de ellende.
Zwarte Piet mag niet meer, maar hij is er nog wel.
In Amsterdam hebben ze er een roetveegpiet van gemaakt, met roet van de schoorsteen.
Ik lees dan altijd 'reetveegpiet', maar dat kan ik uit pedagogische overwegingen niet hardop tegen dat kind zeggen. Is ook van ondergeschikt belang.
Wij wonen in Amstelveen en daar doen ze niet aan roetveegpieten.
Hier blijven de pieten zwart.
Hoe leg ik dat uit? Wij hebben niet eens een schoorsteen. Ook niet voor een open haard. Bij ons kan Piet niet naar binnen.
“Verwacht dus niet teveel van Zwarte Piet” zeg ik tegen mijn kind. Ik kan moeilijk aankomen met dat verhaal van Halbe Zijlstra, die halbe zool van de VVD. Die maakt z’n zoon wijs dat Piet een loper heeft waarmee hij alle huizen in kan.
Gaat bij ons niet lukken, wij hebben het Politie Keurmerk Veilig Wonen.
Het zou bovendien een schending van onze privacy zijn. Er zijn zelfs mensen die een wit voetje van de wijkagent al een aantasting van de persoonlijke levenssfeer vinden, dus kunt je nagaan wat een binnentredende Zwarte Piet met ze doet.
Mijn zoontje snapt er al een tijdje niks meer van. Is ook niet makkelijk, met zo'n vader als ik.
Maar goed, Amstelveen blijft dus ijskoud doorgaan met het sarren van de aanstootnemende gekleurde medeburger. Hier regeert de VVD, en in die partij hebben ze geen boodschap aan gevoeligheden uit het slavernijverleden. Stiekem kijken ze daar zelfs met enige heimwee op terug.
U ziet, ik wring ik me in allerlei bochten om het Sinterklaasfeest een beetje uit te leggen aan zo'n kind. Maar er zit natuurlijk een grens aan wat een ouder aan lulverhalen kan verzinnen. Misschien stappen we volgend jaar wel over op de Kerstman. Geen gedoe meer met racisme, surprises, schoenen zetten bij de centrale verwarming, gedichten en al die rare leugens die je aan je bloedeigen kind moet verkopen.
Een reactie op "Reetveegpieten"