In de zon bij station Sloterdijk wordt gevoetbald, een groep jongens houdt een wedstrijdje. Ze spelen 8 tegen 8 want voor twee volledige elftallen is het veldje wat te klein. Een restje voetballers dat er niet meer bij paste doet baltrucjes langs de zijlijn. Allemaal jongens met rastahaar of kortgeschoren kroes, allemaal zonder jas maar wel met vest, want het is pas maart en nog wat fris. Ze spelen geconcentreerd maar uitgelaten. Ik krijg zelf ook zin in een potje voetbal, op het feit dat ik niet van voetballen houd na.
De buurt van station Sloterdijk is doorgaans een grijsneerslachtige omgeving bestaande uit betonnen kantoorgebouwen en bezocht door zakenlieden, belastingadviseurs en ROC leerlingen met sigaret en bontkraag. Je ziet ze alleen wanneer ze heen of terug lopen over het lange grindpad dat precies de weg van station naar kantoor en school beslaat. Ze lopen met telefoon aan het oor of voor zich uit alsof het een wichelroede is, maar in plaats van water zoeken ze afleiding van hun omgeving.
Begrijpelijk. Op een lijst van Amsterdamse buurten gerangschikt op gezelligheid zullen er weinig ónder Sloterdijk eindigen. Geen restaurant of café te bekennen, behalve de Starbucks in het station, en ‘gezellig’ en ‘stationscafé’ is een wat twijfelachtige combinatie. De massieve kantoorgebouwen om het station heen lijken allemaal op elkaar. Ze hebben donkere muren en honderden glanzende ramen, waarmee ze elkaar weerspiegelen, grijze buurmannen die nooit iets anders zien dan hun evenbeeld. Vroeg in de ochtend en aan het einde van de middag is er even leven, jagen auto’s en fietsers tussen de kantoormuren door, langs elkaar, door elkaar, getoeter en gehaast, schuiven vervolgens in of uit de donkere holen van de ondergrondse parkeergarages. Daarna daalt de stilte opnieuw en lijkt Sloterdijk weer verlaten, als een donkergrijs maatpak zonder drager.
Vandaag voelt het anders hier. De rijen van ramen weerspiegelen de zon, die kleur uit het beton omhoog lijkt te trekken, een glansje lijkt te strijken over de paar voorbijgangers die hun jassen over de arm hebben geslagen. De jongens op het veld rennen, roepen en lachen. Een paar kantoormensen staan op een hoekje buiten voor hun koffiepauze, een beetje onwennig knipperend met hun ogen tegen het licht. Verstopt, tussen het grasheuveltje en het conducteurshok, vlakbij de halte van tram 12, huppelen konijntjes. Echt. Konijntjes. Het leven komt overal naar boven uiteindelijk, met een beetje zon.
vijf reacties op "Sloterdijk"
Ze staan letterlijk en figuurlijk aan de zijlijn.
Kan het niet zijn dat dit gewoon een gymles is van het nabij gelegen ROC?